Rassen

In het onderwerp rassen gaan we kijken naar de onderverdeling binnen verschillende rassen, namelijk volbloeden, warmbloeden en koudbloeden. Daarnaast worden de pony- en paardenmaten uitgelegd. Ook GHROKA aan bod, de richtlijn om het uiterlijk van paarden te beoordelen.

Rassen

Er bestaan oneindig veel paarden- en ponyrassen, elk met hun eigen fok- of gebruiksdoel. Omdat er zoveel rassen zijn, is er een onderverdeling gemaakt waarbij de paarden en pony’s worden ingedeeld op basis van hun temperament.

Warmbloedpaarden

Warmbloedpaarden zijn eigenlijk kruisingen tussen volbloed- en koudbloedpaarden. Dit is een onderverdeling die wij zelf hebben ‘gecreëerd’. Een warmbloedpaard zit dus tussen de volbloed- en koudbloedpaarden in. Warmbloedpaarden zijn gefokt als rijpaarden en deze zien we ook het meeste terug in de dressuur- en springsport. Vroeger werden warmbloedpaarden voornamelijk ingezet in het leger om soldaten te vervoeren.

Bekende warmbloedrassen zijn de paarden van het KWPN-stamboek, het NRPS-stamboek en harddravers. Een opvallend warmbloedpaard is het Friese paard. Dit was eerst een koudbloed paard maar toen het gebruiksdoel van trekpaard naar rijpaard en tuigpaard verschoof is er meer volbloed aan het ras toegevoegd, waardoor deze nu onder de categorie warmbloedpaarden valt.

Volbloedpaarden

Volbloedpaarden zijn de oudste paardenrassen die er zijn. Ze worden gekenmerkt door hun temperament. Volbloedpaarden zijn ook ‘raszuiver’, dat wil zeggen dat wanneer een volbloedpaard gekruist wordt met een ander paard het veulen niet meer als volbloed bestempeld mag worden. Een volbloedpaard is dus altijd 100% een volbloed. Het ras wordt ook gekenmerkt door fijn beenwerk en een fijn en sierlijk hoofd.

Bekende volbloedrassen zijn de Arabier (zie foto hieronder), het Engelse volbloed paard, de Anglo-Arabier en de Berber. Volbloedpaarden worden veel ingezet in paardenraces, shows en tegenwoordig zie je ze ook steeds meer bij endurance wedstrijden vanwege hun uithoudingsvermogen.

Koudbloedpaarden

Doordat de vraag naar trekpaarden afneemt door de opkomst van werkvoertuigen zie je dat ook het aantal rassen binnen de koudbloedpaarden afneemt. Koudbloedpaarden stammen af van een zwaargebouwd paard uit het midden van Europa en hebben als doel trekkracht te leveren. Kenmerken van koudbloedpaarden zijn dat ze grof zijn gebouwd en rustig in karakter.

Bekende koudbloedrassen zijn de volgende: Shire, Clydesdale, het Nederlandse trekpaard, het Belgische trekpaard (zie foto hieronder) en de Nordiker.

Paarden- en ponymaten

Vanaf een stokmaathoogte van 157 cm spreek je van een paard. Tot en met 157 cm spreek je van een pony. De pony’s zijn nog weer onderverdeeld in verschillende maten. Deze maten zijn als volgt:

  • A- pony: tot 117 centimeter

  • B- pony: van 117 tot 126,9 centimeter

  • C- pony van 127 tot 136,9 centimeter

  • D- pony van 137 tot 148,0 centimeter

  • E- pony van 148,1 tot 156,9 centimeter

  • Paard: groter dan 157 centimeter

Opvallend is dat in Nederland alleen paarden aan Grand Prix wedstrijden mogen deelnemen. Een pony van 156 centimeter mag dus geen Grand Prix wedstrijd lopen. Nederland is het enige land met E- pony’s. In andere landen ligt de grens tussen pony en paard bij 148 cm en mag je met een paard vanaf 148 cm Grand Prix wedstrijden rijden.

GHROKA

Om een paard te kunnen onderscheiden van andere paarden beoordelen we zijn signalement. Dat wil zeggen dat we beschrijven hoe het paard eruit ziet aan de hand van zijn kleur en bijvoorbeeld zijn aftekeningen.

Deze signalementbeoordeling doen we door middel van een ezelsbrug namelijk GHROKA. Deze letters staan voor de onderdelen die we beschrijven bij het maken van een signalement. De letters hebben de volgende betekenis:

G= Geslacht

H= Hoogte

R= Ras

O= Ouderdom (leeftijd) 

K= Kleur

A= Aftekeningen

Naast de bovenstaande onderdelen beschrijf je ook de overige kenmerken van het paard, bijvoorbeeld als deze een maanoog heeft, opvallende littekens of een brandmerk.

Geslacht

Bij het geslacht van het paard maken we onderscheid in hengst, merrie en ruin. Een hengst is een mannelijk paard, een merrie een vrouwelijk paard en een ruin een gecastreerd mannelijk paard.

Hoogte

Bij het beoordelen van de hoogte wordt de schoftmaat gemeten. Dat wil zeggen dat je het hoogste punt van de schoft meet vanaf de grond. Bij een pony noteer je ook in welke categorie de pony valt.

Ras

Met ras bedoelen we het letterlijke ras waaronder het paard valt, maar ook onder welke onderverdeling het paard valt. Daarnaast beschrijf je het rastype, waarmee bedoeld wordt wat het gebruiksdoel is (springpaard, dressuurpaard of tuigpaard).

Ouderdom

Bij ouderdom wordt de leeftijd van het paard genoteerd. Deze is terug te vinden in het paspoort van het paard. Is er geen paspoort aanwezig, dan kun je aan de hand van het gebit van het paard de leeftijd schatten. Ook kun je aan sommige uiterlijke kenmerken zien of een paard al op leeftijd is. Denk onder andere aan grijze/witte haren, deukje boven de oogkas, de rug zakt wat in (spieren vallen daar weg) en ook zie je aan de beweging van een oud paard dat het wat strammer/stijver beweegt. 

Kleur

Met de kleur wordt de kleur van de vacht bedoeld. Zo heb je zwarte paarden, bruine, voskleurige, schimmels, palomino kleurige, valk of bont. Bij bonte paarden moet je bij het maken van het signalement ook omschrijven hoe het paard ‘getekend’ is. Dit omdat het doel van een signalement is te laten zien hoe het paard eruit ziet en hoe je deze onderscheidt van andere paarden.

Bruin
Een paard dat een bruine vacht heeft, heeft zwarte manen en staart. De kleur bruin heeft ook nog verschillende soorten bruin. Zo heb je bijvoorbeeld donkerbruin en kastanjebruin.

Zwart

Een zwart paard heeft zowel de vacht als de manen en de staart zwart. Binnen de kleur zwart wordt onderscheidt gemaakt tussen gitzwart, vaalzwart en koolzwart. Een paard dat in de zon staat kan soms iets bruin kleuren door het zonlicht.

Vos

Een vos heeft een roodachtige kleur. De staart en de manen hebben dezelfde kleur als de vacht, behalve bij een zweetvos. De zweetvos heeft lichtere manen en staart. Binnen de kleur vos wordt onderscheidt gemaakt tussen roodvos, koffievos, koolvos en goudvos.

Roodvos:

Koffievos:

Zweetvos:

Bont

De kleur bont kent drie typen: zwartbont, vosbont en bruinbont.

Zwartbont:

Vosbont:

Bruinbont:

Schimmel
Een schimmel wordt niet wit geboren. Een veulen is vaak zwart (bij blauwschimmel), bruin (bij bruinschimmel) of vos (bij roodschimmel). Doordat de haren van een schimmel zijn pigment verliezen, wordt de schimmel steeds witter. Het verschilt per paard hoe snel ze witter worden.

Binnen de schimmel zijn er verschillende variaties; Lichte schimmel, donkere schimmel, vliegenschimmel.

Vliegenschimmel:

Wildkleur

Hierbij heeft het paard lichtere dekharen, een aalstreep en zebra strepen op de benen.



Verdunningskleur



Niveau 3 & 4 

Wat is een verdunningskleur?
Naast de basis kleuren die we net besproken hebben zijn er ook nog minder voorkomende kleuren. Minder voorkomende kleuren worden ook wel ‘verdunningen’ genoemd. Dit zijn eigenlijk verdunningen van de basis kleuren. Hierbij kennen we vier types die de basis kleuren veranderen: crème, champagne, wildkleur en zilver.

De verdunningskleur crème
Door de verdunningskleur crème wordt de vacht lichter. Hieronder vallen de kleuren; Palomino, Valk, smokey black, cremello, perlino, en smokey cream.

Palomino: Hierbij heeft het paard een lichte geel achtige kleur met daarbij ook lichte manen en staart.
Smokey black: Hierbij heeft het paard lichtere / blauw-achtige kleur met lichte manen en staart. Deze kleur lijkt vaak op heel donker bruin.
Valk: Hierbij heeft het paard een lichte geel-achtige kleur met daarbij zwarte manen en staart. Vaak zijn daarbij de benen van het paard ook zwart.

Voorbeelden van dubbele verdunningen zijn:

Perlino: Hierbij heeft het paard een roze huid en een creme of wit gekleurde vacht. De manen en staart zijn donkerder en kunnen vergeleken worden met een beetje een oranje kleur. Ook heeft het paard vaak blauwe ogen.
Smokey cream: Hierbij heeft het paard een roze huid en een oranje gloed over de vacht, manen en staart. Ook heeft het paard blauwe ogen.
Cremello: Hierbij heeft het paard een roze huid. De kleur van de vacht kan verschillen tussen wit en crème. Hierbij gaat de kleur van de manen mee.

De verdunningskleur zilver
De kleur wordt ook wel zilverappel genoemd.
Hierbij heeft het paard chocoladeachtige kleur doordat ‘Zilver’ de vacht verdunt. De manen van het paard zijn grijsachtig tot zilverwit. De verdunning ‘Zilver’ is alleen van invloed op de basiskleur zwart.

De verdunningskleur champagne
Deze verdunning heeft invloed op zwarte, voskleurige en bruine vacht. Champagne verdunt de kleur of zorgt ervoor dat de vacht lichter wordt. Deze paarden hebben een roze huid met donkere vlekjes, die vooral op de neus, bij de ogen en geslachtsdelen zichtbaar zijn. Dit komt omdat daar geen of weinig haren zitten. Het paard kan lichte of donkere manen hebben.
Bij de geboorte heeft het paard een roze huid en blauwe ogen (de ogen verkleuren wel naar mate het paard ouder wordt).


Aftekeningen

Met aftekeningen bedoelen we de witte haren op het hoofd en de benen. Soms zien we bij paarden ook een witte vlek op bijvoorbeeld de buik, deze wordt dan ook bij de aftekeningen benoemd. Er zijn veel verschillende soorten aftekeningen.

Op de onderstaande afbeelding zie je welke aftekeningen voorkomen aan het hoofd.

Van links naar rechts:

  1. Bles
  2. Smalle bles
  3. Bles indringend in rechter neusgat
  4. Onregelmatige bles
  5. Onderbroken bles
  6. Melkmuil
  7. Sneb
  8. Enkele witte haren
  9. Sterretje
  10. Kol
  11. Druipkol
  12. Onregelmatige kol
  13. Cirkelvormige kol
  14. Geen aftekening

De aftekeningen aan de benen zijn de volgende:

Van links naar rechts:

  1. Witbeen
  2. Half witbeen
  3. Sok
  4. Sokje
  5. Witte kroonrand
  6. Witte hoefbal

Een gelaarsd been wordt op de afbeelding niet getoond. Een gelaarsd been is wit is tot over de knie.







Naar boven
/var/www/bib-paardensport-en-houderij-aeresmbo.learningmatters.nl