Leerdoelen

Stalklimaat

De weergegven leerdoelen leer je beheersen tijdens dit blok. De gegeven leerdoelen zijn de basis van elke les en de toetsing.

De niveau 2, 3 en 4-leerlingen leren deze leerdoelen voor de toets en passen deze ook toe in praktijkvoorbeelden.

De student...

  • Kan benoemen waardoor het stalklimaat door wordt bepaald.
  • Kan het uitleggen op welke manier paarden hun temperatuur reguleren - het begrip thermoregulatie.
  • Kan de drie elementen opnoemen die het stalklimaat beïnvloeden.
  • Kan aangeven wat normale- en afwijkende (lichaams)temperaturen zijn van een paard.
  • Kan uitleggen hoe het paard zijn temperatuur regelt bij:
    • Kou
    • Warmte
     
  • Kan uitleggen wat de comfortzone van een paard is.
  • Kan uitleggen wat de ideale omgevingstemperatuur is voor:
    • Paarden algemeen
    • Sportpaarden
    • Veulens
    • Recreatiepaarden en opfok

  • Kan verschillende functies van licht opnoemen.Kan de minimumlichtsterkte in een paardenstal benoemen.
  • Kan aangeven welke factoren belangrijk zijn omtrent lucht in het stalklimaat
  • Kan uitleggen hoe de luchtsamenstelling invloed heeft op het stalklimaat.
  • Kan uitleggen hoe de luchtsnelheid invloed heeft op het stalklimaat.
  • Kan uitleggen wat toch inhoud en hoe tocht ontstaat.
  • Kan uitleggen hoe de luchtvochtigheid invloed heeft op het stalklimaat.
  • Kan benoemen welke twee factoren invloed hebben op de luchtkwaliteit in stal.
  • Kan de twee manieren benoemen om het stalklimaat te reguleren.
  • Kan uitleggen wat natuurlijke- en mechanische ventilatie is.
  • Kan uitleggen waarom isolatie belangrijk is op stal.

Reinigen en ontsmetten

De student...

  • Kan uitleggen wat hygiëne op stal inhoudt.
  • Kan uitleggen wat de gevolgen zijn van een slechte hygiëne.
  • Kan uitleggen wat reinigen inhoudt.
  • Kan de stappen van effectief reinigen benoemen
  • Kan uitleggen waarom je een stal reinigt.
  • Kan uitleggen wat mechanisch en chemisch reinigen inhoudt.
  • Kan een keuze voor een reinigingsmiddel uitleggen.
  • Kan uitleggen wat het verschil is tussen reinigen- en ontsmetten.
  • Kan uitleggen wat ontsmetten inhoudt.
  • Kan de stappen van effectief ontsmetten benoemen.
  • Kan uitleggen wanneer je een stal ontsmet.
  • Kan de keuze voor een ontsmettingsmiddel uitleggen.

Bestrijding van ongewenste organismen

De student...

  • Kan uitleggen wat micro-organismen zijn.
  • Kan het verschil aangeven tussen bacteriën en virussen.
  • Kan aangeven hoe bacteriën en virussen kunnen worden voorkomen.
  • Kan aangeven welke bacteriën en virussen het meeste voorkomen.
  • Kan uitleggen wat vaccineren inhoudt.
  • Kan uitleggen hoe de insleep van ziektes wordt verkleind.
  • Kan uitleggen wat ongedierte is.
  • Kan uitleggen hoe ongedierte kan worden voorkomen en bestreden.
  • Kan uitleggen wat voor soorten ongedierte er zijn.
  • Kan voorbeelden geven van het natuurlijk en chemisch bestrijden van  muizen en ratten.
  • Kan een aantal punten benoemen die van invloed zijn op de keuze van een bestrijdingsmiddel.
  • Kan uitleggen op welke manieren ongedierte schadelijk is voor een paard en zijn omgeving.
  • Kan uitleggen wat parasieten zijn.
  • Kan het verschil benoemen tussen uitwendige parasieten en inwendige parasieten.
  • Kan uitleggen welke hygiënische maatregelen er genomen moeten worden om parasieten te voorkomen in een paardenwei.
  • Kan een aantal voorbeelden noemen van uitwendige parasieten m.b.t.: Soort, oorzaak, gevolg, bestrijding en preventie. 
  • Kan uitleggen waarom mestonderzoek moet worden uitgevoerd.
  • Kan uitleggen wat wormen voor invloed hebben op de gezondheid van een paard.
  • Kan uitleggen wat de oorzaak kan zijn van wormen en hoe deze kunnen worden bestreden.
  • Kan een aantal hygiënische maatregelen benoemen m.b.t. het wormvrij houden van een weide.
  • Kan aangeven wat belangrijk is in de voorbereiding op het ontwormen.

De student...

  • Kan uitleggen wat zoönose inhoudt.
  • Kan benoemen welke zoönose van paard op mens worden overgebracht.
  • Kan uitleggen hoe zoönose ontstaat.
  • Kan beschrijven welke (algemene) maatregelen er genomen kunnen worden om een zoönose te voorkomen.
  • Kan de verschillen benoemen tussen schimmel en salmonella.
  • Kan de oorzaak, symptomen, besmetting, behandeling en preventie uitleggen bij zowel een schimmelinfectie als Salmonella.
  • Kan uitleggen wat een zoönosekeurmerk inhoudt en hoe een bedrijf daarvoor in aanmerking kan komen voor.

Het nemen van hygienische maatregelen

De student...

  • Kan uitleggen waardoor de meeste besmetting plaatsvindt.
  • Kan uitleggen welke hygiënische maatregelen er genomen kunnen worden omtrent quarantaine en het afvoeren van dode dieren.
  • Kan uitleggen wat belangrijk is voordat je aan de slag gaat met ontsmettingsmiddelen en bestrijdingsmiddelen.
  • Kan benoemen wat er op een etiket/bijsluiter beschreven staat.
  • Kan verschillende gevarensymbolen herkennen en benoemen.
  • Kan uitleggen wat het verschil is tussen een gevaaraanduiding en een voorzorgsmaatregel.
  • Kan van de volgende beschermingsmiddelen aangeven waarom deze belangrijk kunnen zijn tijdens het werken met reiniging en/of ontsmettingsmiddelen:
    • Gehoorbescherming
    • Oog- en gelaatbescherming
    • Beschermende kleding
    • Handschoenen

Aan de slag

De student...

  • Kan aan de hand van alle behaalde leerdoelen in combinatie met de theoretische onderbouwing tijdens de lessen in een “praktijksetting” een box van A tot Z reinigen en ontsmetten.
  • Kan aan de hand van alle behaalde leerdoelen in combinatie met de theoretische onderbouwing tijdens de les in een “praktijksetting” een voerbak- en drinkbak reinigen en ontsmetten.
Naar boven
/var/www/bib-paardensport-en-houderij-aeresmbo.learningmatters.nl