Voedermiddelen

Er zijn verschillende soorten voedermiddelen. Deze kunnen we verdelen in twee hoofdgroepen: ruwvoeders en krachtvoeders. In de volgende hoofdstukken gaan we verder in op deze voedermiddelen. In dit hoofdstuk gaan we kijken naar hoe een voedermiddel is opgebouwd. 

Samenstelling en analyse

Een voedermiddel (product), zoals bijvoorbeeld hooi, bestaat uit verschillende stoffen. Deze stoffen zoals bijvoorbeeld vet, eiwit en koolhydraten etc. hebben ieder een eigen functie in het lichaam. Voor het correct voeren van een paard is het belangrijk om te weten hoeveel van een bepaalde stof een paard binnen krijgt.

Om te bepalen welke verschillende stoffen (samenstelling) er in een voedermiddel aanwezig zijn, maken we gebruik van de ‘Weende analyse’. Door middel van deze analyse wordt de samenstelling van het voedermiddel stap voor stap ‘uitgepluisd’ en dit geeft je als paardenhouder inzicht in wat je het paard voert.

Op de verpakking van voedermiddelen staat altijd (wettelijk verplicht) de samenstelling of ingrediënten (de grondstoffen) en de voedingsbestanddelen (analyse) van het voer.

Hieronder zie je schematisch de Weende Analyse van een voedermiddel:

De Weende Analyse wordt veel gebruikt in de veehouderij om gericht te voeren op productie. Denk hierbij aan koeien die melk produceren. 

Droge stof

Zoals je hierboven in het schema hebt kunnen zien bestaat een product uit twee hoofdonderdelen, namelijk vocht en droge stof. De droge stof is wat er overblijft van een voedermiddel als je het water eruit haalt. Het lichaam kan alleen maar voedingsstoffen halen uit de droge stof, water heeft namelijk een andere functie in het lichaam. Het DS-gehalte in een voedermiddel geeft aan hoeveel voedingsstoffen een paard uit dit voedermiddel kan halen en wat een paard maximaal kan opnemen.

Op het moment dat je alleen ruwvoer voert, kan een paard ongeveer 2% van zijn lichaamsgewicht (LG) aan droge stof (DS) opnemen. Wanneer je een paard ruwvoer en krachtvoer voert, is dit ongeveer 2,5% van zijn lichaamsgewicht. Dit is onder andere ook afhankelijk van de ruwvoer kwaliteit en de lichaamsconditie van een paard.

Naar boven