Rekenen met micro- en macro elementen

Als van een voedingsstof te weinig gevoerd wordt, kan een tekort optreden en dit heeft invloed op de gezondheid van het paard. Hoe lang het duurt voordat het tekort optreedt, is afhankelijk van verschillende dingen: Hoe belangrijk is de stof? Wat is de hoeveelheid in het voer? Heeft het paard een voorraad in zijn eigen lichaam?

Als we te veel voeren, zijn er twee processen die in gang gezet kunnen worden:
Proces 1: ‘De voedingsstoffen worden niet meer goed opgenomen in het spijsverteringskanaal’.
Proces 2: ‘Een gedeelte van de stoffen worden helemaal niet meer opgenomen en komen er via de mest of de urine weer uit’.


Afhankelijk van de voedingsstof en het aanbod in het voer zal de opname verminderen of stoppen. Wanneer het om grote hoeveelheden gaat, zullen beide processen in werking treden. Op een bepaald moment kan het lichaam van het paard niet meer stoffen opnemen en uitscheiden. Het overschot aan stoffen wordt dan door het lichaam opgeslagen, dit kan het paard vergiftigen (intoxicatie). Wanneer het paard echt vergiftigd raakt, is afhankelijk van het soort stof.


Casus paard

Afhankelijk van de situatie van het paard zijn sommige vitaminen en mineralen belangrijker dan andere. Als we kijken naar onderstaande casus zijn er een aantal vitaminen en mineralen belangrijk.

Voor een drachtige merrie is een aantal voedingsstoffen essentieel om het veulen goed te laten groeien en ontwikkelen. Hierdoor is een extra behoefte aan calcium, fosfor en magnesium. Maar ook koper is heel belangrijk in het voorkomen van OCD bij het veulen. Naast deze mineralen is er een verhoogde behoefte aan vitamine A voor het opbouwen van een goede weerstand.


Voedingstoffen berekenen

Om de berekening overzichtelijk te maken, werken we met tabellen. Onderstaand in figuur 1 vind je hier een voorbeeld van. De waardes die je kunt gebruiken voor het invullen van deze tabel vind je in het tabellenboek Voeding Paarden en Pony’s, hoofdstuk 3 t/m 9 op bladzijde 13 t/m 30 (bij de 2016 versie 9 t/m 24).

In onderstaande tabel zijn de gegevens van het casus paard al ingevuld.


Rantsoen berekenen

In de tabel hierboven zijn de voedingsbehoeftes van het paard berekend. Nu gaan we een stap verder en gaan we kijken naar de gehaltes die in het rantsoen van het paard zitten. Onderstaand het rantsoen van het paard:


De gegevens van het rantsoen worden ook in een tabel gezet om de rantsoenberekening overzichtelijk te maken. De gegevens die nodig zijn om de tabel in te kunnen vullen zijn te vinden in paragraaf 12.2, 12.4 en 12.6 van het tabellenboek. Onderstaand in figuur 3 zie je een voorbeeld van zo’n tabel.


In onderstaande tabel zijn de gegevens van het rantsoen van het paard al ingevuld.


Voedingsbehoefte en rantsoen vergelijken

Als eerste hebben we de voedingsbehoefte van het paard berekend. Vervolgens hebben we het rantsoen berekend. Nu gaan we de voedingsbehoefte en het rantsoen vergelijken.
Dit doen we door de gegevens in onderstaande tabel te zetten.


Als we de gegevens in de tabel zetten en de voedingsbehoefte en rantsoenberekening met elkaar vergelijken kunnen we de volgende conclusie trekken:

  • De hoeveelheid Ca (Calcium) is voldoende passend
  • De hoeveelheid P (Fosfor) is te laag
  • De hoeveelheid Mg (Magnesium) is aan de hoge kant
  • De hoeveelheid Cu (Koper) is te laag 
  • De hoeveelheid Vit A (Vitamine A) is te laag


Niveau 3 en 4

Tekorten aanvullen


Om deze tekorten aan te vullen kunnen er twee dingen gedaan worden.

Optie 1 Aanvullen met supplementen 
De makkelijkste oplossing is het aanvullen door middel van een supplement waarin de mineralen en vitaminen die tekort komen, verwerkt zitten. Hierbij is het wel belangrijk dat je de overige mineralen en vitaminen in de gaten houdt.

Optie 2 – Zoeken naar ander voedingsmiddel
Een andere oplossing is het zoeken naar een voedingsmiddel met een vergelijkbare waarde aan EWpa, VREp en DS, maar met een hogere waarde aan benodigde mineralen en vitaminen.

Als we in het tabellenboek zoeken naar voedingsmiddelen met hogere mineraal- en vitaminewaardes dan komen we uit bij de merrie- en veulenbrokken. In dit geval kan de hoeveelheid basis muesli ingewisseld worden voor een vergelijkbare hoeveelheid merriebrok. Dit zal een gedeelte van de tekorten aanvullen, maar niet voldoende om de waardes aan te laten sluiten bij de voedingsbehoefte.

Naast het voeren van de merriebrok kan er ook gekeken worden naar een betere kwaliteit ruwvoer. Afhankelijk van de kwaliteit van de grond waarop het gras groeit, bevat het hooi of kuil een hogere of lagere hoeveelheid mineralen en vitaminen. Om dit te achterhalen kan er een ruwvoeranalyse gedaan worden. Onderstaand vind je hiervan een voorbeeld.



Naar boven
/var/www/bib-paardensport-en-houderij-aeresmbo.learningmatters.nl